Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Ens B.J., Duiven P., Smit C.J. & Van Spanje T.M. (1990) Spring migration of Turnstones from the Banc d'Arguin in Mauritania. ARDEA 78 (1-2): 301-314
In het voorjaar van de jaren 1985, 1986 en 1988 werden enkele honderden Steenlopers gevangen vooral in het dorpje Iouik aan de Baie d'Aouatif in het Pare National du Banc d'Arguin in Mauritanië. Het merendeel van de Steenlopers broedt waarschijnlijk in het noorden van Scandinavië, Finland en Rusland. Daarnaast wijzen twee terugmeldingen op broedvogels uit Groenland en het noordoosten van Canada. Juveniele vogels ruiden niet naar zomerkleed en namen niet in gewicht toe. Hoewel het dus erg onwaarschijnlijk is dat ze naar het noorden wegtrokken, nam hun aantal elk jaar sterk af in de loop van het voorjaar. Het merendeel van de adulte dieren voltooide de rui naar zomerkleed in de loop van april. Op grond van tellingen en waarnemingen van wegtrekkende groepen lijkt het aannemelijk dat de meeste Steenlopers in de laatste decade van april en de eerste week van mei wegtrokken. Het is mogelijk dat enkele meer zuidelijk overwinterende Steenlopers op doorreis de Banc d'Arguin als tussenstation gebruikten. Vit een opvallend hoog aantal terugvangsten, zowel binnen een jaar als tussenjaren, van eerder geringde Steenlopers werd berekend dat naar schatting 1.000 Steenlopers elk jaar overwinteren in Iouik en de onmiddellijke omgeving. In de loop van maart en begin april namen de adulte dieren langzaam in gewicht toe, wat te maken zou kunnen hebben met de gelijktijdige rui naar zomerkleed. Helaas konden de gewichten van in hetzelfde jaar teruggevangen individuen niet gebruikt worden om de snelheid van opvetten te berekenen. Op grond van terugvangsten tussen jaren kon berekend worden dat de snelheid waarmee de adulte dieren in gewicht stegen, in de loop van april toenam. Een dergelijke toename bleek niet te vinden in het verloop van het gemiddelde gewicht onder de gevangen vogels. Dit is te verklaren uit het vertrek van de zware individuen. Op grond van het geschatte wegtrekgewicht en de timing lijkt het aannemelijk dat de van de Banc d'Arguin vertrekkende Steenlopers twee tussenstations gebruiken alvorens hun hoognoordelijke broedgebieden te bereiken. Berekeningen laten wel zien dat er in het laatste opvetstation erg hoge opvet-snelheden nodig zijn om vanuit dat laatste opvetstation op tijd in het broedgebied te komen. Mogelijk vliegt een deel van de Steenlopers vanuit de Banc d' Arguin non-stop naar de Waddenzee of de Britse estuaria, terwijl een ander deel Marokko of Spanje als tussenstation gebruikt.


[close window] [previous abstract] [next abstract]