Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Sikora A. & Neubauer G. (2018) Body mass increase before an oversea jump in a short-distance migrant, the White-throated Dipper Cinclus cinclus. ARDEA 106 (2): 105-117
Een deel van de Waterspreeuwen Cinclus cinclus die in Scandinavië broeden, trekt na de broedtijd over de Oostzee naar zuidelijk gelegen winterkwartieren. Het doel van dit onderzoek was na te gaan hoe het lichaamsgewicht tussen aankomst in en vertrek uit overwinteringsgebieden in het noorden van Polen verandert. Vanuit een kosten-batenoogpunt (volgens de theorie van optimalisatie van lichaamsgewicht) verwachtten we dat de aanleg van de energievoorraad zo laat mogelijk voorafgaand aan de voorjaarstrek plaatsvindt, om zo de kosten van het meedragen van een grote energievoorraad te verkleinen. We onderzochten of er een verschil bestaat in de duur van de opvetperiode en de snelheid van de gewichtstoename voorafgaand aan de voorjaarstrek tussen mannetjes en vrouwtjes (mannetjes zijn groter dan vrouwtjes) en tussen oude en jonge vogels (jonge vogels zijn minder ervarend dan oude vogels). We gebruikten hiervoor gegevens van 520 Waterspreeuwen gevangen in 16 overwinteringsperioden (1989/1990–2004/2005), inclusief vogels die meer dan eens gevangen waren (totaal 881 vangsten). Het lichaamsgewicht was stabiel tussen eind oktober en half februari. De periode waarin het gewicht sterk toenam, begon in de tweede helft van februari en duurde een maand en vond voor alle vogels steeds direct vóór vertrek plaats. De mate waarin de toename plaatsvond, hing (op een-niet lineaire schaal) af van de datum: hoe later de datum, hoe sterker de toename, met een tendens naar stabilisatie in de laatste dagen van maart. Eind maart was het geschatte ge middelde lichaamsgewicht in vergelijking met het gemiddelde lichaamsgewicht in de winter bij mannetjes 20–21% hoger en bij vrouwtjes 18%. Onvolwassen mannetjes namen sneller in gewicht toe dan volwassenen vogels (beide geslachten) en onvolwassen vrouwtjes. Zij bereikten ook een hoger lichaamsgewicht voor vertrek (een toename tot 36% toe). De energievoorraad die wordt aangelegd, is niet alleen voldoende om de 100 tot 300 km lange voorjaarstrek over de Oostzee te voltooien, maar waarschijnlijk ook om de broedlocaties in de Scandi navische bergen te bereiken (zo’n 600 km ten noorden van het overwinteringsgebied in Noord-Polen).


[close window] [previous abstract] [next abstract]