Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Blanco G., Cuevas J.A. & Fargallo J.A. (1998) Breeding density and distribution of Choughs Pyrrhocorax pyrrhocorax nesting in river cliffs: The role of nest-site availability. ARDEA 86 (2): 237-244
In het zuidoosten van de provincie Madrid (Spanje) is het aantal broedende Alpenkraaien Pyrrhocorax pyrrhocorax geteld op in rivierdalen liggende kliffen. Van elk van de 18 onderzochte kliffen is tevens de grootte (lengte en gemiddelde hoogte) en het substraattype (gips, klei of zandsteen) bepaald. Verder is voor iedere klif geschat hoeveel mogelijke nestplaatsen aanwezig waren, en van welk type (verticale spleten, horizontale spleten, holtes of grote holen) deze nestplaatsen zijn. De bedoeling van het onderzoek was aan te tonen dat er een relatie bestaat tussen de broeddichtheid van Alpenkraaien en de lithologische en morfologische eigenschappen van de klif. Tot nu toe werd aangenomen dat de broeddichtheid vooral wordt bepaald door de beschikbare hoeveelheid voedsel, en dat concurrentie om geschikte nestplaatsen geen rol van betekenis speelt. Deze veronderstellingen waren echter gebaseerd op onderzoek in het noorden van Europa, waar Alpenkraaien in lage dichtheden voorkomen. In het Spaanse onderzoeksgebied is de dichtheid daarentegen hoog. Uit het onderzoek bleek dat er een voorkeur bestaat voor grote, hoge kliffen die (simpelweg omdat ze groot zijn) veel nestgelegenheid bieden. Vooral kliffen van gips bleken groot te zijn. Ook toonden de Alpenkraaien een voorkeur voor grote nestplaatsen. Grote kliffen en grote nestplaatsen bieden de mogelijkheid om broedkolonies te vormen. Bovendien kunnen dezelfde plaatsen gebruikt worden als gezamenlijke slaapplaatsen buiten de broedtijd. De sociale organisatie die hierdoor mogelijk wordt, zou kunnen bijdragen aan een efficiëntere benutting van de voedselbronnen rond de kliffen. De beschikbaarheid van veel bij elkaar liggende nestplaatsen zou dus de reden kunnen zijn van een andere sociale organisatie en de hogere dichtheid in het studiegebied in vergelijking tot bijvoorbeeld het noorden van Europa.


[close window] [previous abstract] [next abstract]