Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Neto J.M. & Gosler A.G. (2005) Breeding biology of the Savi’s Warbler Locustella luscinioides in Portugal. ARDEA 93 (1): 89-100
We weten maar weinig af van een schuwe rietvogel als de Snor Locustella luscinioides. En wat we weten komt van enkele studies in Centraal-Europa. Dit artikel vult een deel van deze leemte op door een uitvoerige beschrijving te geven van de broedbiologie van een populatie in Portugal. Mannetjes Snorren arriveerden in de moerassen van Salreu in de tweede week van maart, vrouwtjes kwamen 6–10 dagen later aan. Mannetjes die vroeg aankwamen, hadden meer succes bij vrouwtjes en broedden eerder, wat resulteerde in een groter aantal jongen. Ook voor vrouwtjes was er een duidelijke afname van broedsucces in de loop van het seizoen. De kans dat geringde vogels in het volgende jaar werden teruggezien, was voor mannetjes, vrouwtjes en jonge vogels respectievelijk 27, 14 en 2%. Legselgrootte en eigrootte waren kleiner dan in andere bestudeerde populaties. De legselgrootte nam in de loop van het seizoen af, de eigrootte nam daarentegen toe. Vrouwtjes met een langere tarsus legden grotere eieren. De verschillen in eigrootte tussen populaties kunnen waarschijnlijk verklaard worden door verschillen in de grootte van de vrouwtjes. Gebaseerd op de Mayfieldmethode was het nestsucces 40%. Dit lag in de eiperiode (74%) hoger dan in de jongenperiode (57%). Nestpredatie was de belangrijkste oorzaak voor het verlies van het nest. Verschillen in legselgrootte en predatiekans verklaren de verschillen in de aantallen uitgevlogen jongen tussen populaties. Voor deze populatie was dit aantal 5,38 jongen per vrouwtje per seizoen, wat waarschijnlijk voldoende is om de mortaliteit te compenseren.


[close window] [previous abstract] [next abstract]