Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Gerharts L.D. & Voous K.H. (1968) Natural catastrophes in the flamingo colony of Bonaire, Netherlands Antilles. ARDEA 56 (1-2): 188-192
De broedkolonie van Flamingo's in het Pekelmeer op Bonaire werd in de loop der jaren talrijke malen gestoord door toeristen, fotografen en andere nieuwsgierige mensen. Doch ook onberekenbare weersomstandigheden in het overigens zo regelmatige verloop der seizoenen op de Nederlandse Antillen hebben ernstige schade toegebracht aan het broedverloop van de Flamingokolonie. De laatst gemelde door toeristen veroorzaakte schade vond plaats in januari 1966, toen naar schatting omstreeks 1.300 nesten met eieren verlaten werden en vervolgens slechts een paar honderd jongen werden groot gebracht. De in de loop van het jaar daarop volgende rampspoeden, veroorzaakt door de wisselvalligheden van het weer, waren voor de Flamingo's evenwel nog veel ernstiger. Zware regens die reeds in juni en juli 1966 bijna de driedubbele hoeveelheid van de gemiddelde neerslag op het eiland brachten, verhinderden de Flamingo's in hun overigens sinds januari niet geheel gestaakte broedactiviteit. In augustus waren zij evenwel weer op de bekende broedplaatsen terug en waren nestbouw en broeden in volle gang. Tussen midden november en midden december 1966 vielen wederom zulke zware regens dat de broedkolonie driemaal grotendeels of geheel door het stijgende water van het Pekelmeer tijdelijk overspoeld raakte. Onverdroten vingen na elke tegenslag de Flamingo's met nestbouw en broeden aan zodra zij daartoe door het zakkende water maar even de kans kregen. Bet is onvoorstelbaar hoe de Flamingo's kans hebben gezien in elk noodweer nog enkele jongen in het leven te behouden. Nimmer tevoren werd in het Pekelmeer een dergelijk incasseringsvermogen bij de Flamingo's vastgesteld. In januari 1967 werden zowel broedende ouden, als de aanwezigheid van jonge vogels vastgesteld. In de loop van het jaar werden herhaaldelijk nieuwe broedconcentraties gezien. De laatste inspectie van het nestgebied vond plaats op 4 juni 1967, toen nog steeds broedende vogels en jongen van verschillende leeftijdsklassen aanwezig bleken te zijn.


[close window] [previous abstract] [next abstract]