Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

BEKHUIS J (1982) Samenwerkende Organisaties Vogelonderzoek Nederland. Atlasproject voor Winter- en Trekvogels. Voortgang veldwerk, voorlopige verspreidingskaarten. LIMOSA 55 (4): 142-142.

Aansluitend op het overzicht van de voortgang van het veldwerk in de maanden oktober tot en met januari (Limosa 55 (3): 93-98) voigt nu het overzicht voor februari tot en met mei (figuur I), Uit reacties op de oktober- tot en met januari-overzichten blijkt dat er nogal wat misverstand bestaat over de onderzoekbeoordeling. Daarom kan het geen kwaad de gevolgde werkwijze nog eens uiteen te zetten. Vooropgesteld dient te worden dat de maandoverzichten geen beoordeling inhouden van de ornithologische kwaliteiten van de medewerkers. Alleriei aspecten zoals de inzet van de waarnemer of het aantal waarnemers per blok zijn buiten beschouwing gelaten. Onze beoordeling is louter gebaseerd op een vergelijking van het aantal vastgestelde soorten zoals dat in de computeruitdraai voor de onderzoekperiode tot mei 1982 staat aangegeven, met het aantal soorten dat naar onze verwachting in de betreffende maand in het blok voorkomt. Dit ongeacht of een blok door tien waarnemers regelmatig wordt uitgekamd of dat het een blok betreft dat samen met negen andere blokken door een en dezelfde waarnemer slechts af en toe oppervlakkig geinventariseerd kan worden. Ze worden aile volgens dezelfde maatstaven beoordeeld. Blijkens sommige reacties is men het af en toe niet eens met onze verwachtingen. Deze zouden hier en daar te hoog gesteld zijn. Voordat hier nader op ingegaan zal worden, is het zinvol te memoreren hoe wij bepalen wat naar onze verwachting in een bepaald blok in een bepaalde maand aan soorten mogelijk is. Allereerst worden per district een aantal blokken geselecteerd waarvan bekend is dat ze intensief ge'inventariseerd zijn door goede vogelaars. Deze blokken gebruiken we als referentie voor de omringende atlasblokken. Ze geven ons een goede indruk wat in een bepaalde maand in die regio mogelijk is. Vervolgens worden met behulp van een kaart de te beoordelen blokken vergeleken met nabijgelegen referentieblokken wat betreft de mate van overeenkomst in biotooptypen. Aan de hand hiervan wordt een globale schatting gemaakt van het aantal soorten dat in de blokken verwacht kan worden. Daarna wordt gekeken in hoeverre het vastgestelde aantal soorten in deze blokken overeenkomt met het verwachte aantal soorten. Op basis van die vergelijking beoordelen wij of het blok voldoende geinventariseerd is of dat aanvullend veldwerk noodzakelijk of wenselijk is. Wanneer minder dan 75% van het door ons verwachte aantal soorten is vastgesteld, vinden wij aanvullend onderzoek noodzakelijk; bij 75-90% vinden wij extra inventarisatie wenselijk. Wij willen niet beweren dat onze beoordeling steeds correct is. Omdat veel gegevens nog niet in de computer zitten zal de actuele situatie veelal rooskleuriger zijn dan uit de maandoverzichten blijkt, De waarnemer beschikt zelf over recentere informatie, terwijl wij aangewezen zijn op de computeruitdraai die steeds achterloopt. Dit verklaart een deel van de gevallen waarin medewerkers het niet eens zijn met onze beoordeling. Een andere oorzaak voor een verschil in opvatting over de volledigheid van het veldwerk berust op een verschil van mening over het aantal soorten dat naar verwachting in een blok voorkomt. Ook daarbij zullen af en toe fouten zijn gemaakt. Zo is bijvoorbeeld de kwaliteit van een bos of moerasgebied niet van de kaart af te lezen, Het kan daarom best voorkomen dat onze verwachtingen hier en daar te hoog zijn. Benadrukt moet worden dat de maandoverzichten niet bedoeld zijn om terugblikkend op de afgelopen vier jaren van onderzoek een beoordeling te geven van het verrichte inventarisatiewerk. De overzichten worden daarentegen in de nieuwsbrief geplaatst om aan te geven in welke blokken aanvullende inventarisatie het meest gewenst is in het laatste jaar van onderzoek. Het doeI is dus om waarnemers behulpzaam te zijn bij het kiezen van blokken waar hun inzet het meest nodig IS.

[gratis pdf] [english summary]



limosa 55.4 1982
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster