Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

GILS J VAN, PIERSMA T, DEKINGA A & SPAANS B (2000) Vootdurend in de lucht: zenderonderzoek aan Kanoeten Calidris canutus in de westelijke Waddenzee. LIMOSA 73 (1): 29-34.

Wadvogels zoals de Wulp Numenius arquata en de Scholekster Haematopus ostralegus zijn over het algemeen vrij trouw aan zowel hun hoogwatervluchtplaatsen als hun foerageergebieden (Ens & Zwarts 1980, Swennen 1984, Rehfisch et al. 1996). Kanoeten zijn anders. De ene dag kunnen hoge aantallen worden gezien bij Griend, terwijl een dag later 'alles' veel westelijker, rond de Vliehors en de Hengst, zit. Voor vogeltellers is dat lastig. Maar het is natuurlijk niet voor niks dat Kanoeten zo weinig honkvast zijn. Misschien ligt het aan het feit dat ze in grote groepen leven en aan de aard van hun voedsel.
      Wij denken dat Kanoeten elkaar in ieder geval nodig hebben in verband met hun veiligheid. Ze vormen een favoriete prooi voor Slechtvalken Falco peregrinus. Met hoe meer ze zijn, hoe eerder ze aanvallende Slechtvalken aan kunnen zien komen. Kanoeten hebben elkaar waarschijnlijk ook nodig in verband met hun voedselspecialisme: schelpdieren die met behulp van een 'teledetectie systeem' worden opgespoord (piersma et al. 1998), Aan het wadoppervlak kun je namelijk niet zien of er veel of weinig schelpdieren verborgen zitten. Hoe meer snavels er in het wad aan het prikken zijn, hoe meer informatie er beschikbaar komt over de hoeveelheid en de kwaliteit van schelpdiervoedsel op verschillende plekken in de Waddenzee, In de Waddenzee is een 'goede plek' meestal maar korte tijd goed, meestal enkele weken (van de Kam et al. 1999), dus Kanoeten moeten blijven zoeken.
      Door kleine zendertjes op de rug van Kanoeten te plakken (figuur 1), en over een groot gebied in de westelijke Waddenzee op vaste plaatsen geautomatiseerde ontvangststations neer te zetten (figuur 2), is het mogelijk gebleken om al de vliegbewegingen van Kanoeten in kaart te brengen. De 45 Kanoeten die we in de nacht van 9 op 10 augustus 1999 van een zender voorzagen verdeelden zich mooi onder de op dat moment aanwezige Kanoeten; we hadden de aanwezige populatie als het ware 'gemerkt'. Aan de hand van de relatieve dichtheden van gezenderde Kanoeten kunnen we nu de bewegingen van de Kanoeten-populatie aflezen (figuur 2). Voor individuen die een beetje in de buurt van de ontvangers blijven, is het mogelijk om de verplaatsingen in groot detail te volgen (figuur 3). Een groot voordeel van deze techniek is dat we niet aileen overdag maar ook 's nachts de vogels kunnen volgen. Uit eerder onderzoek (van Gils & Piersma 1999) was al gebleken dat Kanoeten zich bij ons op het wad weinig van dag en nacht aantrekken. Het ritme van de getijden bepaalt in zeer grote mate hun gedrag. Kanoet = Kanoetstrandloper Calidris canutus

[gratis pdf] [english summary]



limosa 73.1 2000
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster