Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

(2013) Recensie: Potapov E, ... (et al), 2012 The Snowy Owl. LIMOSA 86 (1): 47-47.

The Snowy Owl E. Potapov & R. Sale 2012. T. & A.D. Poyser, Londen. ISBN 978-0-7136-8817-7. Harde kaft, 304 pp. Prijs <£49,99.

Bij de presentatie van deze monografie prees een Engelse natuurboekverkoper de Sneeuwuil aan als ' one of the sexiest birds '. Deze veroorzaakte een gedachtensprong naar de foto op pagina 212 van Zeldzame vogels van Nederland, van een het op het naaktstrand van Schiermonnikoog verblijvende Sneeuwuil. Men behoeft niet over occulte gaven te beschikken om in te zien waarom de soort sterk aanspreekt. In het deels curieuze en deels dubieuze boek 100 Birds to see before you die van Chandler & Couzens (2008) prijkt de Sneeuwuil op de 47e plaats van de volgens de samenstellers meest gewilde soorten op deze wereld. Veelzeggend is ook dat recensent bij het exemplaar dat in de winter van 2008 2009 verbleef op Texel de eigenaresse van een hotel in De Cocksdorp ontmoette, die wel eens wilde zien aan welke vogel haar hotel een geslaagd winterseizoen dankte.
      De uitstraling die de Sneeuwuil bezit - en die verder toenam door de Harry Potterfilsm - komt terug in de inleiding van deze nieuwe Poyser-monografie over de soort. Iedere vogelenthousiasteling die met de soort te maken kreeg, wilde er ook over schrijven, stelt het schrijversduo vast, en dat leidde tot 30 pagina's aan literatuurverwijzingen. Potapov en Sale verzorgden eerder de Poyser-monografie The Gyrfalcon (2005), over die andere graalsoort van het arctische gebied. Het boek is echter geen romantisch eerbetoon aan een mysterieuze soort, maar een diep gravende monografie in de beste traditie die we van Poyser gewend zijn, met een indrukwekkend aantal grafieken en tabellen en een keur aan foto's, deels in zwart-wit, deels in kleur.
      In het subhoofdstuk 'What they see, and how they are seen - the true colours of the Snowy Owl ' behandelen de auteurs de in vergelijking met andere uilen kleine ogen en de effecten op hun habitatgenoten van het witte verenkleed. Dat kleed varieert overigens nogal gedurende het bestaan van een individu, getuige een fotoserie van een gezenderd wijfje in Noord-Canada die laat zien hoe haar kleed over een periode van drie jaar veranderde. Puur witte exemplaren zijn zeldzaam vogelen.
      Veel onderzoekers deden een gooi naar het aantal Sneeuwuilen op deze wereld. Dat is gelet op het circumpolaire verspreidingsgebied en moeilijke bereisbaarheid van de toendragordel een hachelijk waagstuk, temeer gelet op de aantal schommelingen onder invloed van goede en slechte lemmingjaren. Na een analyse van verschillende benaderingen komen de auteurs zelf uit op een gemiddelde populatie van ca. 14 000 paren, een aantal dat in slechte jaren kan dalen naar 5000. Na een onderbouwd betoog komen de auteurs tot de slotsom binnen het enorme verspreidingsgebied zeven broedclusters te kunnen onderscheiden. Het Noord-Europese cluster reikt vanaf Scandinavië tot Nova Zembla. Het Noord- Canadese cluster huisvest met ca 4000 broedparen de meeste uilen.
      De hoofdstukken over de broedbiologie, populatiedynamiek, menusamenstelling en de periodiek voorkomende zuidwaarts gerichte uittochten uit het broedgebied vormen de hoofdmoot van het boek. Bij deze aspecten van het sneeuwuilenbestaan spelen steeds lemmingen een rol, zodat de auteurs er verstandig aan deden veel aandacht te besteden aan de cycli van dit knaagdier. Bij de plekken waar de soort bij zijn erupties naar zuidelijker breedten terecht kunnen komen, blijft Nederland overigens onvermeld en wordt deels verwezen naar verouderde literatuur.
      Ook bij deze uil komt onder pullen kannibalisme voor. Daarnaast gaan de interacties met andere het broedhabitat bewonende wezens als een rode draad door het boek. Zo werd op Wrangel Eiland vastgesteld dat Sneeuwuilen gevangen lemmingen ontfutselden aan Poolvossen. Het zijn geduchte aanvaller; een foto genomen op de luchthaven van Boston (VS) toont een exemplaar met een overmeesterde Slechtvalk. Op deze plek zijn Sneeuwuilen 's winters vaak zijn te vinden en worden ze ook gezenderd. Kaarten laten zien wat dit tot dusver opleverde. Overigens, in Oost-Siberië werd het bewijs gevonden dat een Slechtvalk een Sneeuwuil wist te overweldigen.
      We kunnen ervan uitgaan dat de auteurs alles samenbrachten dat over de enigmatische Sneeuwuil werd verzameld en dat het boek dus de definitieve studie is. Althans, tot heden, want er zijn nog mysteries, o.a. over de in hun broedgebied overwinterende exemplaren. Maar passen mysteries eigenlijk ook niet bij een Tundra Ghost?

Recensie van Gerard L. Ouweneel

[gratis pdf] [english summary]



limosa 86.1 2013
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster